Schimmels of zwammen (Latijn: fungi) zijn micro-organismen en vormen naast planten en dieren een apart rijk. Ze zijn een onmiskenbare schakel in de keten van afbraak en recycling van organisch materiaal in de natuur. Anderzijds vormen ze een bedreiging voor constructiedelen. De meeste schimmels bestaan uit een zwamvlok of mycelium, dit is het 'pluizige' deel dat op oppervlakken zichtbaar is. Deze zwamvlok is opgebouwd uit schimmeldraden of hyfen. Op de schimmeldraden ontwikkelen zich sporendragers waarin sporen worden gevormd. Het zijn deze sporen die zorgen voor de verspreiding van de schimmel: deze kleine deeltjes (1 à 10 micrometer) kunnen gemakkelijk door de lucht worden verplaatst.
Schimmelsporen bestaan in verschillende variëteiten. Ze zijn normaal gezien aanwezig in de lucht, en dus ook in de binnenlucht van elke woning, in een concentratie van honderden tot (tien)duizenden sporen per m² lucht. Eens de sporen zich ontwikkelen tot schimmels, geven ze bijkomend sporen af, waardoor de uitbreiding snel kan gebeuren. Om tot ontwikkeling te komen, dienen echter een aantal gunstige voorwaarden vervuld te zijn, nl.:
Opdat er zich schimmels op een bouwelement ontwikkelen, moet op de bewuste plaats enig vocht aanwezig zijn. Een eerste vochtbron, die in de vorm van infiltraties of opstijgend vocht optreedt, zal eerder sporadisch en plaatselijk tot schimmelvorming leiden, en zal veelal vochtkringen en zoutuitbloeiingen veroorzaken. De aanwezigheid van schimmel kan echter vaker worden toegeschreven aan een te hoog hygroscopisch vochtgehalte van de materialen of aan oppervlaktecondensatie op deze materialen. In beide gevallen is het euvel gekoppeld aan een te lage oppervlaktetemperatuur op de bewuste plaatsen en/of aan een te hoge luchtvochtigheid in het vertrek. Dit kan onder meer een gevolg zijn van een afkoeling van de binnenlucht (veelal plaatselijk, bijvoorbeeld in de kamerhoeken). Hierdoor neemt de relatieve luchtvochtigheid op de betrokken plaatsen toe. Indien deze toestand langdurig aanhoudt, kan de ondergrond daar een zo hoog hygroscopisch vochtgehalte aannemen, dat schimmelsporen er zich op ontwikkelen. In sommige gevallen echter, kan de afkoeling van de binnenlucht geschieden tot onder haar dauwpunt. Men spreekt dan van 'oppervlaktecondensatie': de relatieve luchtvochtigheid bereikt op de bewuste plaatsen waarden van 100% en er ontstaat een film water (in de vorm van fijne druppeltjes), dat bij poreuze ondergronden capillair wordt 'opgezogen'. Hierop aansluitend kan men stellen dat een eerste oorzaak van schimmelvorming kan liggen bij een overmatige afkoeling van de binnenlucht (al dan niet tot onder het dauwpunt) door de aanwezigheid van koudebruggen in de bewuste kamer. In dit geval zal de schimmelgroei zich eerder plaatselijk voordoen (bijvoorbeeld op een sterk afgelijnde zone van het plafond of van de muur). Schimmelvorming treedt in de praktijk evenzeer op, indien er geen koudebruggen zijn, en kan dan een gevolg zijn van, of in de hand gewerkt worden door een of meerdere van de volgende factoren:
|
Locatie |
SD Services bv Brusselsesteenweg 252 3020 Veltem-Beisem (Herent) BTW BE 0883.222.216 Contacteer ons vrijblijvend van maandag t.e.m. vrijdag van 8u30 tot 17u30 +32 (0)473 937 837 [email protected] |